Decentralisatie middelen Jeugdzorg
De jeugdzorg is per 2015 overgeheveld naar het regime van de Jeugdwet. Gemeenten zijn nu verantwoordelijk voor vrijwel alle voorzieningen ter ondersteuning van jeugdigen en hun opvoeders. Dit omvat zowel bestaande als nieuwe cliënten. Met de decentralisatie is een budget gemoeid van circa 3,9 miljard euro. Cebeon heeft, in samenwerking met het Sociaal en Cultureel Planbureau, de historische kosten per gemeente in beeld gebracht en een objectief verdeelmodel ontwikkeld.
Met behulp van zorggegevens over de periode 2011-2013 zijn voor alle gemeenten en vormen van jeugdhulp (provinciale jeugdzorg, JeugdzorgPlus, AWBZ en Zorgverzekeringswet) historische budgetten gereconstrueerd. Hiervoor zijn data verzameld uit vele bronnen: OJO, CIZ, Bureaus Jeugdzorg, zorgkantoren, CAK, Vektis, VWS en jeugdzorgaanbieders. Met medewerking van het CBS is het woonplaatsbeginsel uit de Jeugdwet toegepast.
Het SCP heeft een verklaringsmodel opgesteld met risicoverhogende en –verlagende kenmerken op jeugd- en gezinsproblematiek. Met dit verklaringsmodel als startpunt heeft Cebeon uitgebreide verschillenanalyses verricht naar achtergronden van verschillen in feitelijk zorggebruik (aantallen cliënten, omvang en samenstelling voorzieningen) en kosten tussen regio’s/gemeenten. Deze analyses hebben veel inzichten opgeleverd in relevante objectieve factoren alsook in andersoortige achtergronden, zoals de betekenis van specifiek voorzieningenaanbod en regionale uitvoeringspraktijken/ketens.
Met behulp van de objectieve factoren is een kostengeoriënteerd en globaal verdeelmodel ontwikkeld. Het resultaat is een mix van indicatoren die zo goed mogelijk aansluit op de kostenpatronen van jeugdzorg op gemeentelijk niveau. Gemeenten ontvangen in het model een basisbedrag per jeugdige. Afhankelijk van risicofactoren in hun bevolking krijgen gemeenten meer dan wel minder extra budget. Zo maken jeugdigen uit eenoudergezinnen duidelijk meer gebruik van jeugdzorg. Breder geldt dat gezinnen in een uitkeringssituatie en/of met armoederisico eerder/vaker een beroep doen op jeugdzorg. Ook kinderen van ouders met psychische problematiek hebben een verhoogd risico om in de jeugdzorg terecht te komen. Naast risicoverhogende factoren zijn er risicoverlagende factoren, die zich manifesteren in de vorm van zelfoplossend vermogen van gezinnen en lokale gemeenschappen. Al deze factoren zijn meegewogen in het model.